uniek upcycling project

Dubbeldekker wordt foodtruck: uniek upcycling project

Dubbeldekker wordt foodtruck: uniek upcycling project

Een dubbeldekker van Autobussen Cannaerts wordt een foodtruck. Na 24 jaar trouwe dienst is het voertuig toe aan een nieuw leven. Een koppel uit Marseille kocht het oude rijtuig en heeft plannen om er een rijdende frituur van te maken. De Mechelse busmaatschappij is bijzonder trots deel te mogen uitmaken van dit uniek upcycling project.

Er was eens een bus. Een grote bus. Meer nog… het was één van de hoogste en langste bussen uit één stuk gebouwd. Vier meter hoog. Vijftien meter lang. Twee assen vooraan. Twee achteraan. Met plaats voor 82 passagiers, voorzien van grote koffers en koelruimtes. Voor de kenners: een extra grote dubbeldekker van het merk Neoplan, type Megaliner N128/4. Eind 2005 vervoegde hij de vloot van Autobussen Cannaerts uit Mechelen. “Wij kochten het imposante voertuig over van Voyages Beco”, begint Florent Cannaerts, autocaruitbater van de derde generatie. “De bus had er dan al tien jaar trouwe dienst opzitten: passagiers van en naar Spanje voeren. Wij vervingen de kapotte motor en pimpten het vehikel zowel langs de binnen- als de buitenkant. Hij werd voorzien van de nieuwste technologieën toen. Zo was hij in 2009 de eerste bus voorzien van een alcoholslot.” Voorzien van het olijke walvislogo was de bus klaar voor een tweede leven. “We zijn naar Wit-Rusland gereden, Groot-Brittannië, Marokko, Italië, Oostenrijk, … met een heel diverse mix aan passagiers. Mocht de bus kunnen praten, hij kon je vast de meest fantastische verhalen vertellen.” Pijnlijke ook. In de zomer van 2017 vervoerde hij supporters terug van een uitwedstrijd van Beerschot-Wilrijk tegen Lier. Voor een rood licht in Mortsel werd de bus, met aan boord gezinnen en senioren, aangevallen door een twintigtal in het zwart geklede mannen met logo’s van voetbalclub Antwerp. De bussen werden bekogeld met stenen, flessen en Bengaals vuur. “De ernst van de zaak en het brute geweld waarmee deze gemaskerde bende te werk ging deden heel wat stof opwaaien in pers en op sociale media”, vertelt Florent Cannaerts.

Du pain, du vin et des frites

De herstellingskosten liepen op tot boven de € 20.000. Geld dat de busmaatschappij nog altijd niet heeft teruggekregen. De rechtszaak loopt nog. Toch rijgde de bus na het nodige oplapwerk de kilometers verder aan elkaar. Tot enkele maanden geleden… “Hij was te oud geworden voor de zware ritten volgestouwd met passagiers waarbij uren achtereen gereden wordt met veel remmen en optrekken. Was hij daarom rijp voor de sloop? Wij vonden van niet en dus gooide we hem op het internet. Tot onze verbazing kregen we al snel veel reactie uit verschillende landen. Vooral het idee van een Frans koppel uit Marseille, om de bus om te vormen tot een frituur met bovenaan zitplaatsen, leek ons het perfecte plan voor het derde leven van de dubbeldekker.”

Het interieur van de bus katapulteert je meteen terug in de tijd. Zo maken de oude televisietjes boven de zitplaatsen het plaatje compleet. De bus is ondertussen vertrokken richting la douce France. Na een grondige opknapbeurt tot friterie kan hij er heerlijk toeven op een terrein nabij het charmante vissersstadje Saintes-Maries-de-la-Mer. “Het is een bus met Belgische roots en die blijven nu door de frietjes – toch wel hét Belgische exportproduct – mooi aan boord”, lacht Florent Cannaerts.

The only way is up

“Wij zijn blij deel te mogen uitmaken van dit toch wel unieke upcyclingproject”, gaat de zaakvoerder verder. Anno 2020 weet iedereen wat recycling betekent. Het is een duurzame poging om de hoeveelheid afval in onze omgeving te verminderen. Upcycling gaat nog een stapje: je vormt een product (in dit geval een bus) dat aan het eind van z’n leven is – of waarbij het zo lijkt – om tot een volledig nieuw product. “Het hoeft weinig uitleg dat een autobus laten slopen enerzijds veel geld kost, anderzijds heeft het een grote impact op het milieu en valt het niet meer te rijmen met ons alsmaar groeiende ecologisch bewustzijn.” De busmaatschappij is ervan overtuigd dat er ook voor andere end-of-life bussen betere opties zijn dan de sloper. “Door de invoering van de lage-emissiezones loopt er momenteel een klopjacht op voertuigen die voldoen aan de EURO 3-norm (of lager). Ze zijn zogezegd niets meer waard. Klaar voor de sloop. Dat vind ik fout. Zeker in onze branche. Een bus is sowieso een groenere oplossing dan een auto. Uitgaande van de gemiddelde bezettingsgraad van een wagen (het gemiddelde is ongeveer 1,3 personen per auto, nvdr.) kan een bus 50 auto’ s vervangen. Ik ben helemaal mee in het verhaal dat we bussen die veel rijden meer en meer gaan vervangen door hybride en vooral volledig elektrische bussen. Alleen vind ik niet dat we die oudere bussen zomaar moeten afschrijven. Waarom laten we die voertuigen geen pieken opvangen? Zodat ze bijvoorbeeld max. 50 km per dag rijden. Lijkt me nog altijd een klimaatvriendelijkere oplossing dan honderden auto’s die voldoen aan de EURO 5-norm (of hoger). En het kan ook helpen om die hardnekkige mobiliteitsknoop in de Brusselse Rand te ontwarren. Dat was ook de insteek voor ons werkbusproject Vamos@Work. Twee kantoorbussen rijden tweemaal per dag – met een vroege en late heen- en terugrit – vanuit twee opstappunten naar de bedrijventerreinen van Diegem en Zaventem. Wist je dat je met een bus 1 ton CO2 per dag kan besparen?” Als werkgeversorganisatie ondersteunt Voka – Kamer van Koophandel Vlaams-Brabant dit project omdat het een groot economisch en filegevoelig knooppunt van ons land bereikbaar maakt op een manier die het autosolisme tegengaat. Deze vervoerswijze vormt ook een interessante opstap naar alternatieven die broodnodig zijn als er gewerkt wordt aan de Brusselse Ring.

Dat er ook andere duurzame oplossingen zijn voor oude bussen zoals de dubbeldekker van Cannaerts, bewijst het Franse koppel de bus gaat ombouwen tot een foodtruck/restaurant. “Wij gaan sowieso een frietje steken binnenkort.”



Reserveren